Na het rapport van Sportvisserij Nederland over Waterplantenbeheer met graskarper (2016) is er een tweede rapport over toepassing van graskarper in Nederland verschenen. Enkele onderzoekers van de Wageningen Universiteit hebben een literatuuronderzoek uitgevoerd naar de effectiviteit en ecologische effecten van het uitzetten van graskarpers.
In dit nieuwe rapport wordt naast een aantal risico’s en onzekerheden ook een zinvolle toepassing van graskarper benoemd. In het rapport staat dat graskarper zinvol kan worden uitgezet in geïsoleerde wateren of in wateren die met een hekwerk zijn geïsoleerd. De uitzet mag echter niet ten koste gaat van gebruiksfuncties en moet aan de wettelijke eisen voldoen. Daarnaast moet het om waterplanten gaan die met een redelijke mate van zekerheid door graskarper zullen worden gegeten.
Graskarper is geen wondermiddel. Bij het uitzetten van teveel graskarper kan het water volledig vrij van waterplanten en troebel worden, dat is vaak niet wenselijk. Daarnaast is niet geheel voorspelbaar wat de effecten van het uitzetten van graskarper zijn. Daarom wordt geadviseerd terughoudend te zijn met het uitzetten van graskarper.
Wens Sportvisserij Nederland
Het rapport biedt aanknopingspunten voor de wens van Sportvisserij Nederland om op kleinere wateren die kampen met overlast van waterplanten graskarper uit te zetten. In goed overleg met de eigenaar van het water (vaak de gemeente), na een goede belangenafweging en met een goed en deskundig uitzetadvies liggen er kansen om graskarper vaker als beheermaatregel uit te zetten.
Het rapport is
hier te downloaden.